Paragrafen

2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

De weerstandscapaciteit betreft de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt c.q. kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. Daarbij worden incidentele en structurele weerstandscapaciteit onderscheiden.
Met het eerste wordt het vermogen bedoeld om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat dit invloed heeft op de hoogte van het voorzieningenniveau dat de gemeente haar burgers wil aanbieden.
Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent kunnen worden ingezet om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van het bestaande beleid.

Onze weerstandscapaciteit voor de jaren 2021 tot en met 2025 is als volgt:

Weerstandscapaciteit
Bedragen x € 1.000

2021

2022

2023

2024

2025

Totaal

Structurele capaciteit

Onbenutte belastingcapaciteit

1.511

1.511

Begrotingsruimte

Kostenreductie   

Totaal structureel

0

1.511

0

0

0

1.511

Incidentele capaciteit

Post onvoorzien

51

95

95

95

95

431

Weerstandsreserve

5.538

5.538

Stille reserves

0

Begrotingsruimte *)

0

Reservering accres 2022

251

251

Kostenreductie

0

Totaal incidenteel

5.589

346

95

95

95

6.220

Totaal weerstandscapaciteit

5.589

1.857

95

95

95

7.731

*) De positieve saldo met ingang van 2022 worden jaarlijks toegevoegd aan de vrije algemene reserve, zodat deze groeit naar het minimumniveau van € 4.000.000. Om die reden worden deze bedragen niet meegeteld voor het weerstandsvermogen.

Deze pagina is gebouwd op 10/20/2021 15:15:04 met de export van 10/20/2021 15:10:05