Deel II Financiële begroting

Algemene dekkingsmiddelen, Overhead, Vennootschapsbelasting en Onvoorzien

Inleiding

  • De genoemde lasten en baten per programma resulteren in een uitgavenpost die gedekt wordt door de algemene dekkingsmiddelen.
  • Deze algemene dekkingsmiddelen zijn, in tegenstelling tot de bij de programma’s genoemde baten, vrij in te zetten binnen de begroting.
  • Daarnaast is in de begroting een niet programmagebonden bedrag apart gezet voor onvoorziene uitgaven.
  • In de volgende tabel is weergegeven welke lasten de uitvoering van de programma’s per saldo met zich meebrengen en welke algemene dekkingsmiddelen hier tegenover staan:

Saldo lasten en baten (bedragen x € 1.000)

2022

Programma’s

1. Samenleving

-38.767

2. Omgeving

-6.825

3. Organisatie

-14.107

Subtotaal (last)

-59.699

Vennootschapsbelasting

0

Onvoorzien

-95

Subtotaal

-95

Totaal

-59.794

Dekkingsmiddelen

Algemene uitkering

52.378

Belastingen

9.559

Dividend

150

Rente resultaat

299

Overige algemene dekkingsmiddelen

-/- 2.207

Totaal

60.179

Saldo Begroting

385

Voor de Algemene uitkering uit het Gemeentefonds wordt het volgende uitgangspunt gehanteerd:
De inkomsten uit de Algemene uitkering zijn op basis van de mei- en septembercirculaire 2021 zoals weergegeven in de volgende tabel.

Bedragen x € 1.000

2022

2021

Inkomsten Algemene uitkering

52.378

51.836

De belastingen die de gemeente int zijn:

  • OZB voor eigenaren van woningen en eigenaren en gebruikers van niet-woningen;
  • toeristenbelasting;
  • hondenbelasting;
  • reclamebelasting;
  • precariobelasting.

De begrote inkomsten per belastingsoort zijn weergegeven in de volgende tabel.

Bedragen x € 1.000

2022

2021

OZB eigenaren

7.756

8.028

OZB gebruikers

1.057

1.068

Totaal OZB

8.813

9096

Hondenbelasting

193

191

Toeristenbelasting

484

477

Reclamebelasting

59

59

Precariobelasting

10

10

Totaal

9.559

9.833

Naast de inkomsten zijn er ook uitgaven met betrekking tot heffing en invordering van € 348.000, kwijtscheldingen van € 250.000 en uitvoering wet WOZ van € 99.000.

Voor meer informatie over de tariefstelling voor deze belastingen en de uitgangspunten die daarbij worden gehanteerd wordt verwezen naar paragraaf 1 Lokale heffingen.

Behalve de hiervoor genoemde algemene dekkingsmiddelen zijn er nog een aantal algemene dekkingsmiddelen opgenomen in de begroting. In deze paragraaf worden genoemd:

  • de dividenden die we als gemeente ontvangen;
  • het saldo van de rentebaten en -lasten (financieringsfunctie);
  • overige algemene dekkingsmiddelen.

Dividenden
De inkomsten die we als gemeente ontvangen uit dividenden zijn gering. De belangrijkste dividenden zijn afkomstig van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en de Afvalcombinatie De Vallei.

Saldo van de rentebaten- en lasten
Het gebruik van eigen en externe financieringsmiddelen heeft rentelasten en -baten tot gevolg. Deze kosten worden met een vast rentepercentage doorberekend aan de investeringen in de programma’s. Uit praktische overwegingen wordt deze zogenaamde ‘rekenrente’ niet jaarlijks aangepast. Wij rekenen op dit moment met een rekenrente van 2,00%. Door de lage rentekosten op kort geld op dit moment, zijn de werkelijke rentekosten lager. Dit voordeel komt tot uitdrukking bij de algemene dekkingsmiddelen.

Overige algemene dekkingsmiddelen
De overige dekkingsmiddelen bestaan uit onder andere de bespaarde rente over eigen financieringsmiddelen, stelposten voor loon- en prijsontwikkeling en vervangingsinvesteringen.
In deze begroting stellen we voor de werkwijze met de stelpost voor loon- en prijsstijgingen te wijzigen In deze begroting is uitgaan van het jaarlijks doorrekenen van de inflatie op alle opbrengsten. Daarnaast is de verwachte kostenontwikkeling op alle budgetten doorgerekend. Het gevolg van deze realistische benadering van de begroting is dat de huidige stelpost loon- en prijscompensatie op basis van deze uitgangspunten wordt bepaald.

Mutaties reserves
Binnen de begroting worden onttrekkingen en toevoegingen aan reserves opgenomen. De mutaties voor 2021 zijn opgenomen in de tabellen per programma. Een verloopoverzicht per reserve is opgenomen in het onderdeel Financiën > meerjarenbegroting > balanspositie > reserves en voorzieningen.

Overhead, Vennootschapsbelasting, Onvoorzien + Buffer
Voor een toelichting op deze onderdelen wordt verwezen naar de betreffende onderdelen.

Beleidsindicatoren en kengetallen:

2017

2018

2019

2020

2021

Woonlasten éénpersoonshuishouden (BBV)

€ 642

€ 683

€ 709 

€ 757

€ 873
(€ 733 NL)

Woonlasten meerpersoonshuishouden (BBV)

€ 832

€ 867

€ 888

€ 956

€ 1.090
(€ 810 NL)

WOZ-waarde woningen (BBV)

€ 248.000

€ 259.000

€ 278.000

€ 299.000

n.b.

Demografische druk (BBV)

89,1%

90,6%

91,5%

91,6%

91,1%
(70,1% NL)

Deze pagina is gebouwd op 10/20/2021 15:15:04 met de export van 10/20/2021 15:10:05